Langsat / Duku

Duku-vruchten zijn klein tot middelgroot, met een gemiddelde diameter van 3-7 centimeter, en zijn rond tot licht ovaal van vorm en groeien in grote clusters van ongeveer tien vruchten. De dikke schil is hard, leerachtig en geelbruin tot lichtgeel, met bruine vlekken, naarmate de vrucht rijpt. De schil is ook bedekt met fijne haartjes waardoor de vrucht een pluizig uiterlijk krijgt. Onder het oppervlak bevindt zich een witte, sponsachtige en zeer bittere laag die gemakkelijk kan worden gescheiden en geschild, en het vlees is dik, doorschijnend wit en is meestal verdeeld in 1-5 segmenten. Deze segmenten zijn sappig, zacht met een textuur die lijkt op die van druiven, en het vlees kan pitloos zijn of een paar bittere zaden bevatten. Duku-vruchten zijn erg zuur als ze jong zijn, maar naarmate ze ouder worden, ontwikkelen de vruchten een zoetzure smaak met een lichte zuurgraad, die doet denken aan grapefruit en pomelo.

Langsat Vs. Duku - What's The Difference? | Cuisinevault

Voedingswaarde

Duku is een uitstekende bron van vitamine A, B, C en E, vezels en bevat ook wat ijzer, fosfor, kalium en calcium.

Seizoenen/Beschikbaarheid

Duku-vruchten zijn het hele jaar door verkrijgbaar in Zuidoost-Azië, met een hoogseizoen in de herfst tot de vroege winter.

Aardrijkskunde/Geschiedenis

Duku-vruchten komen oorspronkelijk uit Zuidoost-Azië en groeien al sinds de oudheid in het wild. De vruchten werden vervolgens via handelsroutes naar Azië en Midden-Amerika verspreid en kwamen rond 1930 in Hawaï aan. Tegenwoordig wordt het fruit op kleine schaal geteeld in Maleisië, Thailand, India, de Filippijnen en Indonesië en is het verkrijgbaar op lokale markten in regio’s in Azië, Zuidoost-Azië, Midden-Amerika en Hawaï.